Frans Archives - Ezelsbruggetje Spring naar content

Alle Ezelsbruggetjes

Maak je moeilijke lesstof onvergetelijk met een ezelsbruggetje. Zoek ezelsbruggetjes per vak, of leer anderen leren met jouw ezelsbruggetjes.

Dès que

Dès que = zodra

1. Zodra ik thuis ben, ga ik mijn tafel dekken.
Wordt:
2. Zodra ik thuis ben, ga ik mijn tafel dès que

Door Anoniem

Werkwoorden Frans

Avoir= ils, elles ont= o van avoir.
Faire= ils, elles font= f van faire

Door Delphine

Een Frans streepje

Een streepje ( – ) = le trait d’union

Dit lijkt op traditionele ui

Door Elize

bleu/blue

Frankrijk ligt in de EU, dus blauw in het frans schrijf je met ‘eu’.

Door Anoniem

LE PAS. COMP. AVEC ÊTRE

Om te weten welke werkwoorden met être worden vervoegd in de passé composé moet je “MAARTEN P.R.” onthouden.

Montre <-> descendre
Arriver <-> partir
Aller <-> (re)venir
Rentre
Tomber
Entre <-> sortir
Naître <-> mourir

P.asser
R.etourner

+ les verbes pronominaux

Door Clara

Éviter

Éviter betekent vermijden
In het Engels is: ‘invite’ uitnodigen. En als je iemand wilt vermijden ga je iemand niet uitnodigen.

Door :)

Toujours

Toujours betekent altijd

Er komt altijd een ‘s’ achteraan

 

Door An

Franse dagen van de week

De dagen van de week kun je onthouden met de zin
Lieve Meisjes Moeten Jatten Van Smerige Dieven

L undi –> Maandag
M ardi –> Dinsdag
M ercredi –> Woensdag
J eudi –> Donderdag
V endredi –> Vrijdag
S amedi –> Zaterdag
D imanche –> Zondag

Door Anoniem

Depuis

Depuis betekent sindsdien

Denk hierbij aan sindsdien heb ik de puist

Door Anoniem

Août

De volgorde van de klinkers in het Frans voor ‘augustus’ is best lastig te onthouden. De klinkers staan op alfabetische volgorde:
a o u + t.
De a en de o zijn dicht. De u maken we zelf dicht met een dakje.
We schrijven dus: août.

Door D.J.

Het verschil tussen midi en minuit

Om dit verschil te onthouden, kun je denken aan 
D = D en N = N

MiDi = Dag
MiNuit = Nacht

Door Anoniem

uitgangen regelmatige ww. -er

Een ESkimo Eet ONS EZeltje ENTerecht

parler

je parlE
tu parlES
il/elle parlE
nous parlONS
vous parlEZ
ils/elles parlENT

Door isa

Demander

Demander betekent vragen

De man der vragen!

Door Anoniem

bijv. naamwoorden vóór zn

Als (autre)
Ben (bon)
Jou (joli)
Niet (nouveau)
Leuk (long)
Vindt (vieux)
Gaat (gros)
Het (haute)
Met (mauvais)
Ben (beau)
Gewoon (grand)
Prima (petit)

En dan de rangtelwoorden natuurlijk!

Door Julia

Rester

Rester = blijven

De rest blijft over

Door Michaël

Pleurer

Pleurer betekent huilen

Als je pleurt (valt) moet je huilen

Door Fleurtje

Het verschil tussen acheter en vendre

A=A, V=V

A cheter = A ankopen
V endre = V erkopen

Door Rein

Natation

(Faire de la) natation betekent zwemmen

Van zwemmen wordt je nat

Door Wouter

Het verschil tussen voilà en voici

Om dit verschil te onthouden, kun je denken aan A = A en I = I

Voilà = dAAR
VoicI = hIer

Door Rianne

Être en avoir

om Être en avoir niet door elkaar te halen kan je dit gebruiken: bij avoir begint alles met een a (behalve ils sont) en avoir begint ook met een a 🙂

Door daphne

‘avoir’ geen gevaar / ‘etre’ oplette(n)

Als in het Frans bij de voltooide tijd het hulpwerkwoord ‘avoir’ is, verandert het voltooid deelwoord niet. Bij ‘etre’ wel.

Vb:
(avoir) Elle a mangé
(être) Elle est rentrée

Door Else

Cuisine

Om te onthouden dat je cuisine met ‘ui’ schrijft, kun je denken aan

In de keuken snijdt je een ui

Door mandy

Bleu of blue

Frans betekent bleu, want Frankrijk zit nog in de EU
Engels betekent blue, want Engeland zit niet meer in de EU

Door Madelief

Trop

Trop betekent teveel

Teveel drop

 

Door Jomayra

Sympa

Sympa betekent aardig

Denk aan iemand sympathiek vinden.

Door David

Avec

Avec = met

Denk aan patat avec. Een patatje met mayonaise

Door henk

Une glace

Une glace betekent een ijsje

IJs eet je uit een glas

Door Beau

Ne plus

Ne plus betekent niet meer

Je hebt geen paraplu meer nodigt als het niet meer regent

Door Tessa
Home
Alle items
Uploaden