Scheikunde Archives - Ezelsbruggetje Spring naar content

Alle Ezelsbruggetjes

Maak je moeilijke lesstof onvergetelijk met een ezelsbruggetje. Zoek ezelsbruggetjes per vak, of leer anderen leren met jouw ezelsbruggetjes.

Come Sit

Covalenties van atoomsoorten, dit is covalentie 4: C, Si

Door Sofie

Reductor of oxidator?

In reductor zit het Engelse woord “reduce”=verminderen en de reductor stoot dus elektronen af
Dan neemt de oxidator de elektronen op

Door Rianne

Scheikundige ontleding

Hierbij kun je denken aan OPA HeNK

O xigenium (zuurstof) is
P ositief
A node

H ydrogenium (Waterstof) is
N egatief
K athode

Door Martien

Stikstof

Om te onthouden dat bij stikstof het symbool N hoort, kun je denken aan

Wanneer je stikt, roep je ‘Nee!’

Door Ellen

Organische elementen

Om alle belangrijke elementen te onthouden die er in de organische elementen zitten, kun je denken aan SPONCH

S zwavel
P fosfor
O zuurstof
N stikstof
Hoofdelementen
C koolstof
H waterstof

Door Silke

Diode met kathode en anode

De kathode is negatief en de anode is positief.

Ezelsbruggetje is het woordje: KNAP

Door Marijke

Atoomopbouw

Om te onthouden waaruit een atoom bestaat, kun je denken aan PEN

P rotonen
E lektronen
N eutronen

Door lisan

Namen en formules van 2 atomige niet-ontleedbare stoffen

Fluor Fientje
Chloor CLiedert
Stikstof Nooit
Broom Broom
Jood In
Waterstof Haar
Zuurstof Ogen

Fientje CLiedert Nooit Broom In Haar Ogen

Door Anoniem

Het verschil tussen zuur en basisch

Bij de lakmoesproef kan je zien welke kleur staat voor zuur en welke voor basisch door te denken aan 
R = R en B = B
Rood is zuuR
Blauw is Basisch

Door Hadufa

Alkanen

Mam En Pap Bakken Pizza Hawaii Helaas Onsmakelijk

(Methaan, Ethaan, Propaan, Butaan, Pentaan, Hexaan, Heptaan, Octaan)

Door Hannah

Het verschil tussen additie- en substitutie

Om dit verschil te onthouden, kun je denken aan het Engels

To add = toevoegen
To substitute = vervangen

Additiereactie = iets toevoegen
Substitutiereactie = iets vervangen  

Door Tim

De niet-ontleedbare stoffen

BRam Organiseert NAchtfeesten In HEt CLubhuis

Br: Broom
O: Zuirstof
Na: Natrium
I: Jood
He: Helium
Cl: Chloor

Door Moos

Lood

Pb = lood

De PABO is loodzwaar

Door Lonneke

7 uitzonderingen atoomsoorten

CLaire Fietst Naar Haar Oma In Breda

Cl2 (g) – chloor
F2 (g) – fluor
N2 (g) – stikstof
H2 (g) – waterstof
O2 (g) – zuurstof
I2 (s) – jood
Br2 (l) – broom

bovenstaande 2tjes moeten in het subscript!

Door Renske

Alkanen

Ma En Pa Bouwen Perfecte Huizen (met de) HOND.

M ethaan

E thaan

P ropaan

H exaan

H eptaan

O ctaan

N onaan

D ecaan

Door Kriz

S.O.(S).

Covalenties van atoomsoorten, dit is de covalentie 2: S, O

Door Sofie

De alkanen

Met Een Paraplu Blijft Pino Heel Hoog Ook Nog Droog

Methaan
Ethaan
Propaan
Butaan
Pentaan
Hexaan
Heptaan
Octaan
Nonaan
Decaan

Door Evy

Scheidingsmethoden

De scheidingsmethoden die je voor het examen moet weten beginnen, lopen bijna gelijk met het alfabet. Alleen de G en de H worden overgeslagen.
A-adsoberen
B-bezinken
C-centrifugeren
D-destilleren
E-extraheren
F-filtreren
I-indampen

Door Fenna

verschil endotherm en exotherm

Bij het verschil tussen endotherm en exotherm onthoud ik het op de volgende manier:

exotherm > ex , van je ex wil je af dus er komt energie vrij

Als je alleen dat onthoud weet je dat je bij endotherm energie nodig hebt.

Door Pleun

Reductor en oxidator (redox)

Oxidator neemt elektron op. Denk aan oxygen (zuurstof) dat nemen wij ook op. Of denk aan het wood “redox” en zet een pijl in midden van het woord.
RED->OX
RED staat voor REDuctor
Pijl staat voor elektron doorgeven.
OX staat voor OXidator
Dus REDuctor geeft elektron aan OXidator

Door Hannah

De oxidatieregels

Deze atoomsoorten leveren na volledige verbranding altijd dezelfde oxidatieproducten op.
Claire Slaat Haar Nichtje

C CO2 –> Koolstofdioxide
S SO2 –> Zwaveldioxide
H H2O –> Water
N NO2 –> Stikstofdioxide

Door Laura

Triviale namen van zouten

De triviale namen van zouten, kun je onthouden met de zin
Kees Slaat Gert Knock Out

K eukenzout = natriumchloride
S oda = natriumcarbonaat
G ips = calciumsulfaat
K alksteen = calciumcarbonaat
O ngebluste kalk = calciumoxide

Door Ion

Ammoniak, Ammonia, Ammonium

Ammoniak = NH3 (G)
Ammonia = NH3 (AQ) – eindigt op een A en de toestand AQ begint ook met een A.
Ammonium = NH4+ (AQ) – heeft geen 2e A en is daarom ‘bijzonder’

Door Daphne

Elementen die bestaan uit twee dezelfde atomen

Deze elementen bestaan uit twee dezelfde atomen

Have – Waterstof (H)
No – stikstof (N)
Fear – fluor (F)
Of – zuurstof (O)
Ice – Jood (I)
Cold – Chloor (Cl)
Beer – Broom (Br)

Door Floor

moleculen met 2 atomen

Brenda Houdt Naakt Feesten In Ons Clubhuis
Br2, H2, N2, F2, I2, O2, Cl2
Broom,Waterstof,Stikstof,Fluor,Jood,
Zuurstof,Chloor.

Door Jeroen

Het verschil tussen endo- of exotherm?

Het verschil tussen exo- en endotherm kun je onthouden door te denken aan

Exo –> exit, er komt energie uit
Endo –> entree, er gaat energie in

Door Sonja

Deze atomen komen nooit alleen

Fien CLiederde BRuine Inkt Op Haar Neus
F, Cl, Br, I, O, H, N

Door Ferre

De metalen

De metalen hebben 3 G’s waar je aan moet denken

G lans
G eleiding warmte
G eleiding stroom

Door Estevan

Benzine

Om te onthouden welke moleculen er in Benzine zitten, kun je denken aan 
SCHON 

S zwavel
C koolstof
H waterstof
O zuurstof
N stikstof

Door Gert-Kees

De twee-atomige niet-ontleedbare stoffen

Om deze te onthouden kun je gebruik maken van de zin
BRam Fietst In CaLantsoog Ocver Het Naaktstrand

Br oom
F luor
I Jood
CL Chloor
O Zuurstof
H Waterstof 
N Stikstof

Door Valerie
Home
Alle items
Uploaden