Alle Ezelsbruggetjes

Piptein = vallen

Als je valt, dan piep je

Trecho = rennen

Een trechter kan niet rennen

Pippo = vallen

Pippo de clown valt de hele tijd over zijn schoenen

ἐθέλω = willen / bereid zijn

Ik ben bereid om voor jou door iets heets te gaan.

Leipo = verlaten

Ik verlaat die leipo

Lampros = schitterend

Een schitterende lamp

ik ben ripped, omdat ik veel werp 🙂

Om de verba liquida te onthouden (m, l, n, r), kun je het woord ‘molenaar’ onthouden

amfi = rondom

amfitheater is zon ronde cirkel, dus rondom.

Tura = deur

Ik tuur naar de deur

Moet je je Griekse alfabet uit je hoofd leren? Probeer het te zingen op vader Jacob.

Vader Jacob, vader jacob. Slaapt gij nog? Slaapt gij nog? Wordt dan -> alpha bèta gamma delta epsilon, epsilon. Etc.

Oudeis = niemand

Niemand eet oud ijs

Dendron = boom > dendrologie 

Petra = rots > Petra (stad in Jordanië)

Proton = eerst > prototype
Aei = altijd > altijd fonetisch = ˈɑltɛit, oftewel ˈ A lt E I t

Bios = leven > biologie

Thèrion = dier > thèr lijkt op dier

Nun = nu > dat is nun zonder n

Dolos = bedorg > een doolhof is bedrog

Thronos = troon > thron is troon zonder o

Oun (spreek uit: oen) = dus > ik weet hem niet DUS ben ik een oen

Doru = lans > een lans gaat DOOR je heen

Mètèr = moeder > mètèr lijkt op moeder

Monon = alleen (maar) > Engels: monotonous = eentonig ALLEEN MAAR dingen van één soort

Pragma = gebeurtenis > een SPRAAKMAkende gebeurtenis
Pur = vuur > lijkt op vuur

Phòs = licht > genetivus = phòtos een vroeger was er bij een foto belichting nodig

Vea = jong, nieuw!

Nivea voor een jonge huid

Potamos= rivier

Bij de rivier groeit mos

Ballein = werpen, treffen

Bij trefbal werp je een bal

Euriskei = hij vindt

Het woord lijkt op eureka. Als je iets hebt gevonden roep je eureka! 

Kakos = slecht

Een slechte kaak

Pistos = trouw, betrouwbaar

Pistache is betrouwbaar lekker

De griekse hoofdletter van dzeta is Z en je spreekt dat uit als ZET.

dZETa

Pontos = zee

Een pont vaart over zee

Ho strategos = legeraanvoerder

Denk aan stratego, een spel waarbij je dingen moet veroveren

Kalupto = bedekken

Als je kaal bent, wil je je hoofd bedekken

Baino betekent gaan en lijkt op het woord banaan
hierdoor is mijn ezelsbruggetje voor baino:

gaan met die banaan

Grieks: ta kaka nl: ellende, rampen, ongeluk
Ezelsbruggetje: het is echt een ellende als Je moet kakken (poepen)

Frontidzein = nadenken

Wanneer je nadenkt, begin je te fronsen

Om het verschil tussen deze drie te onthouden, kun je denken aan 

De psi is een drietand van Poseidoen
De phi dat is een rondje met de I erin 
Degene met een liggend streepje is dan de theta

Eimi klinkt als I’m me, dus “ik ben ik”, en Eimi betekent ik ben.

ημεις betekent wij, we
υμεις betekent jullie

‘η’ spreek je hetzelfde uit als de ‘e’ in we (2e letter)
‘υ’ spreek je hetzelfde uit als de ‘u’ in jullie (2e letter)