Alle Ezelsbruggetjes

De drukke kinderen klooien altijd tijdens BV
κελευω klinkt een beetje als klooien
en de vertaling van κελευω is Bevelen, Verzoeken

Fobos = angst, vrees

Hier komt het woord fobie vandaan

Tattein = plaatsen

Hij laat een tattoo plaatsen

Ballo = gooien

Ik gooi een bal

Pontos = zee

Een pont vaart over zee

Baino (Baivw) = ik ga

Het lijkt op Bye Now

Apostereo = beroven van
APO wordt beroofd van zijn STEREO

Dendron = boom > dendrologie 

Petra = rots > Petra (stad in Jordanië)

Proton = eerst > prototype
Aei = altijd > altijd fonetisch = ˈɑltɛit, oftewel ˈ A lt E I t

Bios = leven > biologie

Thèrion = dier > thèr lijkt op dier

Nun = nu > dat is nun zonder n

Dolos = bedorg > een doolhof is bedrog

Thronos = troon > thron is troon zonder o

Oun (spreek uit: oen) = dus > ik weet hem niet DUS ben ik een oen

Doru = lans > een lans gaat DOOR je heen

Mètèr = moeder > mètèr lijkt op moeder

Monon = alleen (maar) > Engels: monotonous = eentonig ALLEEN MAAR dingen van één soort

Pragma = gebeurtenis > een SPRAAKMAkende gebeurtenis
Pur = vuur > lijkt op vuur

Phòs = licht > genetivus = phòtos een vroeger was er bij een foto belichting nodig

Thura = deur

Denk aan het Duitse Túr en het Nederlandse deur

De griekse hoofdletter van dzeta is Z en je spreekt dat uit als ZET.

dZETa

Legei = hij zegt/sprekt

In Nederland is het legaal om te zeggen wat je wilt

Om de verba liquida te onthouden (m, l, n, r), kun je het woord ‘molenaar’ onthouden

Mello = op het punt staan

Ik sta op het punt om een marshmallow te eten

ἐθέλω = willen / bereid zijn

Ik ben bereid om voor jou door iets heets te gaan.

ημεις betekent wij, we
υμεις betekent jullie

‘η’ spreek je hetzelfde uit als de ‘e’ in we (2e letter)
‘υ’ spreek je hetzelfde uit als de ‘u’ in jullie (2e letter)

Aspro = wit.

Denk maar aan een aspirientje, die is ook wit.

Etelo = ik wil

Ik wil eten

Potamos= rivier

Bij de rivier groeit mos

Komitzo = meenemen, verzorgen

Je neemt een kooi mee en verzorgt de vogel erin

EY LUIE TERING AAP, je maakt misbruik van je VRIJHEID

Eis = naar binnen

Ik EIS dat ik naar binnen mag

Frontidzein = nadenken

Wanneer je nadenkt, begin je te fronsen

Pinein = Drinken

Een pintje drinken

Cosmeo = ordenen/versieren 

Het blad Cosmo ordenen
In de Cosmo staan versiertips

Lampros = schitterend

Een schitterende lamp

Kalupto = bedekken

Als je kaal bent, wil je je hoofd bedekken

Optativus potentialis komt met AN

Dus als je een optativus met An staat weet je meteen dat het de potentialis is

Oudeis = niemand

Niemand eet oud ijs

Grieks: ta kaka nl: ellende, rampen, ongeluk
Ezelsbruggetje: het is echt een ellende als Je moet kakken (poepen)