Alle Ezelsbruggetjes
Maak je moeilijke lesstof onvergetelijk met een ezelsbruggetje. Zoek ezelsbruggetjes per vak, of leer anderen leren met jouw ezelsbruggetjes.
voorzetsels met de ablativus
pro, cum, sine, ab, ex, de, die gaan met de ablativus mee!
Nescire
Nescire = niet weten
Wanneer je Nescafé voor het eerst ziet, weet je niet wat erin zit
Conferre
Conferre = bijeenbrengen, vergelijken
Bij een conferentie komt iedereen BIJEEN om zijn mening met een ander te VERGELIJKEN
Coniunctivus in de hoofdzin vertalen
WATVIM
Wens = Moge(n), ik hoop dat …
Aansporing = Laat hij/Laten we …
Twijfel = Moeten wij … (meestal 1e persoon)
Verbod = Laat … niet …
Irrealis = als …, zou(den) …
Mogelijkheid = Hij zou kunnen …
Ik hoop dat dit helpt/Moge dit helpen = Utinam hoc iuvet
Miles, milites
Miles, milites = soldaat. Miles, milites lijkt op militair. Een militair is een soldaat
Het verschil tussen Nominativus en Accusativus
Dit verschil kun je onthouden door te denken aan de zin
Als de SON schijnt, eten we OLA ijsjes
S ubject
O nderwerp
N ominativus
O bject
L ijdend Voorwerp
A ccusativus
complere = vullen
Complere lijkt op compleet
Letterlijk is COMPLERE dus compleet maken, VULLEN
obstare = in de weg staan
stare is latijn voor staan. Ob lijkt op op. Obstare kan je dus ook zien als opstaan.
Kan je opstaan? Je staat in de weg!