Alle Ezelsbruggetjes

Solvere = losmaken

Sol kun je omdraaien naar los

doe niet zo ridiculous dan moet ik lachen!

Ik ben blij als ik een stukje Gaudakaas krijg.

Gaudere = blij zijn

Relinquit = achterlaten

Het is zielig om je hondje vast te binden aan de reling en hem daar achter te laten

de betekenis is niks
ik denk aan
A begint met een N van niks
B ik denk aan ni veel.

Mulier = vrouw

De vrouw speelt MUziek op de LIER

Osculum = kus

Een os kust een koe

Legere = verzamelen, lezen

Ik verzamel lego-blokjes en ik lees de handleiding

Nutrix = voedster

Het merk nutricia is voor baby’s

Complere lijkt op compleet

Letterlijk is COMPLERE dus compleet maken, VULLEN

Nooit geld doneren aan armen.

Klinkt misschien een beetje erg maar werkt wel.

Nominativus
Genitivus
Dativus
Accusativus
Ablativus

facere lijkt op faire in het frans
dus maken ,doen

Deze kun je onthouden door ze op het ritme van de Macarena op te zeggen

Sum Es Est
Summus Estis Sunt
Sum Es Est
Summus Estis Sunt
Sum Es Est
Summus Estis Sunt
Het werkwoord Esse

De God Artemis/ Diana met functie God van de Jacht en attribuut pijl, boog, hert: Artemis Diana de 2e is een hert en die word afgeknalt met pijl en boog. Pijl en boog —> jacht

Diu = lange tijd

Dit duurt een lange tijd

Praeter = voorbij, behalve

Je mond voorbij praeten

Vestis = kledingstuk

Een vest is een kledingstuk

Cito = snel

De Cito-toets op de basisschool moet je snel maken

Om het verschil tussen ubi en ibi te onthouden, kun je denken aan U Weet een I Dee

U bi = W aar
I bi = D aar

Je kunt ook denken aan Waar? Daar!
In het Latijn wordt dat 
Ubi? Ibi!

Tollere = opheffen

Een tol kun je opheffen

Quarere = zoeken

Alle letters staan door elkaar, je moet op zoek naar het woord

Consistere = blijven staan

Wil jij constant blijven staan?

De accusativus is ACtief dus er komt een “m” bij

Denk aan een magnum, een groot ijsje.
Magnus is dus groot/luid!

Om de imperfectum te onthouden, kun je denken aan de naam Ibrahim

Deze begint met de I van imperfectum en eindigt met de IM van imperfectum.
Ook staat BAM hierin, waaraan je de imperfectum vaak herkent.

Om deze te onthouden, kun je denken aan de zin
Niet Vechten Als Gemene Domme Apen

N ominativus
V ocativus
A ccusativus
G enitivus
D ativus
A blativus

Properare = zich haasten

Als een poetsvrouw het huis proper maakt, doet ze dat haastig

Superesse = overblijven

Zij blijft over bij de wedstrijd, omdat ze super is

Cado = vallen

Ik val bijna over al je cadeau’s

Posse = kunnen

Als het kan, is het possible