Nederlands Archives - Ezelsbruggetje Spring naar content

Alle Ezelsbruggetjes

Maak je moeilijke lesstof onvergetelijk met een ezelsbruggetje. Zoek ezelsbruggetjes per vak, of leer anderen leren met jouw ezelsbruggetjes.

zwobbels!

de koppelwerkwoorden:
– Zijn
– Worden
O
– Blijven
– Blijken
E
– Lijken
– Schijnen

Door sien

Concurreren

Om te juiste spelling van het woord ‘concurreren’ te onthouden, kun je denken aan
Concurreren doe je niet alleen

De r is niet alleen

Door Rita

Abonnement

Om de juiste spelling van het woord ‘abonnement’ te onthouden, kun je denken aan de zin
In de bus zaten twee nonnen met een abonnement

Bus = b
Nonnen = nn

Door Anoniem

eau

haal jij de eau ook altijd door elkaar
ik heb er een handig trucje voor

je spreekt de eau uit als een ” o ”
en de ” o ” lijkt op een nul (0)

Net als nul
e a u

snap je hem?? 😉

Door britt

Innovatief

Innovatief = vernieuwend. Een VAATwasser = vernieuwend. In innovatief zit het woord VAAT en in vaatwasser ook.

Door VA

Tekstsoorten en tekstdoelen

Deze kun je onthouden met het acroniem DIEP

D iverterende teksten –> ontspannen of amuseren
I nformatieve teksten –> informeren
E motieve teksten –> raken
P ersuasieve teksten –> overtuigen

Door Anoniem

Non – Verbale communicatie

mijn Lief Gaf Mij een Gouden ring.

– Lichaamshouding
– Gebaren
– Mimiek
– Gelaatsuitdrukking

Door Anoniem

De NK-klank

Tussen de N en de K mag nooit een G
Dit kun je onthouden met een gezegde

De N en de K zitten op de bank te kussen, dus mag er niemand tussen

Door Jamay

Het verschil tussen ei en ij

Dit verschil kun je onthouden door te denken aan
EI = EI en IJ= IJ

De ge-kipte EI = het EI van een kip
De ge-stipte IJ =  met 2 stipjes IJ

Door Maria

Zelfstandige naamwoorden

Om te onthouden wat onder zelfstandige naamwoorden valt, kun je denken aan MeDIPlaDi

Me nsen
Di ngen
Pla atsen
Di ngen

Door Wendy

Uiteenzetting

Om te onthouden wat een uiteenzetting is, kun je denken aan UIT = UIT

UITeenzetting = UITleg

Door Kim

tekstverbanden

SCOORT U?
S amenvattend
C oncluderend
O orzaak-gevolg
O psommend
R edengevend
T egenstellend
U itleggend/voorbeeldgevend

Door Nienke

Tautologie

Om te onthouden wat een tautologie is, kun je denken aan T = T

Tautologie = Twee keer dezelfde betekenis

Door Kim

Objectief

Ik vergeet vaak het woord objectief de betekenis daarvan is: wie alleen op de feiten let. Als je het laatste stukje van het woord objectief omdraait (tief) dan staat er feit.

Door mia

Het verschil tussen een optimist en een pessimist

Om dit verschil te onthouden, kun je eraan denken wat ze zouden zeggen bij heftige mistval

Optimist –> Op die mist! (postief)
Pessimist –> Wat een pest, die mist (negatief)

Door Chantal

Gebruik van eau

Bij woorden die eindigen op eau, zoals bureau, cadeau of niveau. De volgorde van de eau onthouden met Ezeltje Achter Uit.

Door Belle

Argumenten

Inductie
Deductie
Autoriteit
Analogie
Voorbeeld
Statistieken
Oorzak
Gedrags
Pragmatish

Door Matty

Signaalwoorden voor een redengevend verband

Deze signaalwoorden kun je onthouden aan de hand van de zin
Op Woensdag Draag Ik Nooit Handschoenen Zonder Veters

O mdat
W ant
D aarom
I mmers
N amelijk
H ierdoor
Z odoende
V anwege

Door Joey

Commissaris

Bij de commissaris zijn 2 mannen en 2 smerissen. 

De 2 mannen = mm
De 2 smerrisen = ss

Door karlijn

Het verschil tussen saneren en renoveren

Om dit verschil te onthouden, kun je denken aan S = S en VER = VER

Saneren = Slopen
RenoVERen = VERbouwen

Door storm

Lange ij, korte ei.

Als je een plank neerlegt op de puntjes van de lange ij dan blijft hij recht liggen, dus dan is het een sterk werkwoord en wordt het woord geschreven met een lange ij.

Want een sterk werkwoord is bijna altijd met een lange ij.

Door Brent

Zelfstandig naamwoorden zijn namen voor….

Gemedipladi:
GeMeDiPlaDi
Gevoelens (woede, onrust etc.)
Mensen (broer, Truus)
Dieren (paling, otter)
Planten (roos, eikenboom)
Dingen (tafel, handdoeken)

Door Annemarie

3 Steden

ADH
Amsterdam
DenHaag
Haarlem

Door Fleur

Alfabet

ABC, daar begint het mee.
In deftig zit DEFG

In hij vind je HI en J

De KLM vliegt over de zee

Een NOP zit onder een voetbalschoen
Met de Q kun je maar weinig doen

RSTU zit in verstuurd

Laatst had ik VW gehuurd

Daar reed ik mee naar XYZ

Het einde van het alfabet

Door Damaira

Pv zoeken

Waar beginnen we mee? Met de Pv en die komt met de TGV(Tijdproef, Getalproef, Vraagproef), ja of nee? (vraagproef met een ja/nee-vraag!!).

Door Twan

Het verschil tussen syntagmatisch en paradigmatisch

Dit verschil kun je onthouden door de zin
De Sint loopt horizontaal

Syntagmatisch –> de lineaire (horizontale) opeenvolging van woorden
Paradigmatisch –> de verticale opeenvolging van woorden

Door Katrijn

tekstverbanden

Als de OPSOMMING een TEGENSTELLING maakt zorgt dat voor een TEMPORELE VOORWAARDE, die als REDEN de DOEL van de VERGELIJKING TOELICHT, om de OORZAAK te kunnen CONCLUDEREN.
Dat lijkt mij een goede SAMENVATTING.

Door Floris

De bijwoordelijke bepalingen

De verschillende bijwoordelijke bepalingen kun je onthouden aan de hand van het woord
POTMaR

P laats
O orzaak
T ijd
Ma nier
R eden

Door Sara
Home
Alle items
Uploaden