
Alle Ezelsbruggetjes
Maak je moeilijke lesstof onvergetelijk met een ezelsbruggetje. Zoek ezelsbruggetjes per vak, of leer anderen leren met jouw ezelsbruggetjes.
desinere of sinere?
Desinere = ophouden
Sinere = toestaan
De kan je zien als een negatief voorzetel, desinere is dus ophouden.
Sinere is dan dus toestaan.
Dus:
Moet ik desinere?
Nee, ik sinere.
Deze zin klopt natuurlijk niet, maar mischien helpt het om ze te onderscheiden.
volgorde naamvallen
N ooit (nominativus)
G een (genitivus)
D ertig (genitivus)
A chten (accusativus)
A chter elkaar (ablativus)
Ablativus
De ablatieven die je moet onthouden kan je leren met de afkorting WORMT:
W ijze
O orzaak/R eden
M iddel
T ijd
addere
addere = toevoegen
addere lijkt op het engelse woord “add”, dat toevoegen betekent.
Het verschil tussen At en Ad
Het verschil tussen At en Ad kun je onthouden door T/M (tot en met) als (soort van) acroniem te zien.
At = maar
Ad = naar
aT = Maar.
De Latijnse uitgangen
Om de Latijnse uitgangen te onthouden, kun je denken aan
OSTMUSTISNT
-o
-s
-t
-mus
-tis
-nt
De imperfectum
Om de imperfectum te onthouden, kun je denken aan de naam Ibrahim
Deze begint met de I van imperfectum en eindigt met de IM van imperfectum.
Ook staat BAM hierin, waaraan je de imperfectum vaak herkent.
Nescire
Nescire = niet weten
Wanneer je Nescafé voor het eerst ziet, weet je niet wat erin zit
