
Alle Ezelsbruggetjes
Maak je moeilijke lesstof onvergetelijk met een ezelsbruggetje. Zoek ezelsbruggetjes per vak, of leer anderen leren met jouw ezelsbruggetjes.
“Soepkom in productie”
De meeste voorzetsels die gevolgd worden door een ablatief, zitten verscholen in “Soepkom in productie” ofwel “SubCum In ProDeExSine” ofwel “sub cum in pro de ex sine. “a” en “ab” zitten verscholen in het woord “ablatief” zelf. Je moet dan nog enkel de twee overige voorzetsel “prae” en “super” onthouden.
VOORZETSEL +ACC
Appelsien in de soepkom, proost!
a(b) – e(x) – sine – in – de – sub – cum – pro
De Latijnse uitgangen
Om de Latijnse uitgangen te onthouden, kun je denken aan
OSTMUSTISNT
-o
-s
-t
-mus
-tis
-nt
Ambulare
Ambulare = wandelen
Als mensen tijdens het wandelen vallen, moet er een ambulance komen
Het verschil tussen At en Ad
Het verschil tussen At en Ad kun je onthouden door T/M (tot en met) als (soort van) acroniem te zien.
At = maar
Ad = naar
aT = Maar.
Relinquit
Relinquit = achterlaten
Het is zielig om je hondje vast te binden aan de reling en hem daar achter te laten
Misceo
Misceo = mengen
Als je de s en c verwisselt krijg je micseo -> mix(eo) -> mengen. Misceo betekent mengen
Discedere
Discedere= alle kanten op gaan/uiteen
Denk aan discus werpen. De discus gaat alle kanten op
nihil = niets
Nihil is in het nederlands een ander woord voor ‘heel klein’. Je gebruikt vaak in de volgende zin:
‘Ik acht de kans nihil…’
Dus:
Ik acht de kans NIHIL dat je NIETS op de toets weet.
Tacere
Tacere = zwijgen
Als je een taco in je mond hebt moet je zwijgen, want anders valt alles er uit
