Latijn Archives - Ezelsbruggetje Spring naar content

Alle Ezelsbruggetjes

Maak je moeilijke lesstof onvergetelijk met een ezelsbruggetje. Zoek ezelsbruggetjes per vak, of leer anderen leren met jouw ezelsbruggetjes.

Statuere

Statueren = besluiten

Ik maak een besluit over dit standbeeld

Door Jootje

Misceo

Misceo = mengen

Als je de s en c verwisselt krijg je micseo -> mix(eo) -> mengen. Misceo betekent mengen

Door Kim

Het verschil tussen Adesse en Abesse

Abesse = afwezig zijn

Adesse = aanwezig zijn 

Absent betekent afwezig. Zo kun je het verschil onthouden.

Door Baukje

Ambulare

Ambulare = wandelen

Als mensen tijdens het wandelen vallen, moet er een ambulance komen

Door Amee

Nihil

de betekenis is niks
ik denk aan
A begint met een N van niks
B ik denk aan ni veel.

Door nynke

nihil = niets

Nihil is in het nederlands een ander woord voor ‘heel klein’. Je gebruikt vaak in de volgende zin:
‘Ik acht de kans nihil…’

Dus:

Ik acht de kans NIHIL dat je NIETS op de toets weet.

Door Jootje

Nescire

Nescire = niet weten

Wanneer je Nescafé voor het eerst ziet, weet je niet wat erin zit

Door Saskia

Modo

Modo = slechts

Van de dodo’s waren er slechts een paar over voordat ze uitstierven

Door Jootje

claris

Claris = beroemd, helder

De hemel wordt klaar, dus helder. Beroemde mensen klagen graag

Door eva

complere = vullen

Complere lijkt op compleet

Letterlijk is COMPLERE dus compleet maken, VULLEN

Door Jootje

Ianua

Ianua = deur

Janua lijkt op Januari, Januari is de ‘deur’ van het jaar

Door yelh

Superesse

Superesse = overblijven

Zij blijft over bij de wedstrijd, omdat ze super is

Door Kim

Puella

Puella = meisje

Ella is een meisjes naam

Door Anoniem

Antea

Antea = vroeger

AN dronk vroeger tea (thee).

Door Nikky

Ludo

Ludo = ik speel

Ik speel met Ludo

Door Sander

fortasse- misschien

misschien koop ik een tas, misschien niet

Door myrthe

cogitare

cogitare = nadenken

als je een kogel door je hoofd krijgt kan je niet meer nadenken.

Door lotte

uitgangen -are -ire -ere

ost mus tis naar toilet
(mooi nederlands:Ost moest eens naar het toilet
1ste p.enk. -o
2de p.enk. -s
3de p.enk. -t
1ste p.mv. -mus
2de p.mv. -tis
3de p.enk. -nt(nt is bij het ezelsbruggetje ‘naar toilet’
hopelijk begrijp je het ;-)Xxx

Door sula

Nobilis

Nobilis = adellijk, beroemd

Als je een Nobelprijs wint, ben je beroemd

Door Renée

Promittere

Promittere = beloven

Denk aan to promise

Door Gama

Emunt

Emunt = (zij) kopen

Je koopt iets met een munt

Door Emilie

Vix

Vix = nauwelijks

Met vix heb je nauwelijks last van verkoudheid

Door Eva

Vetare

Vetare = verbieden

Wanneer je vetarme dingen eet, verbied je jezelf om vet te eten

Door Anoniem

Spectare

Spectare = kijken

Naar een spektakel kom je kijken

Door Anoniem

Simulare

Simulare = doen alsof

In een simulatie doe je alsof

Door Anoniem

Het verschil tussen videt en vocat

Om dit verschil te onthouden, kun je denken aan I = I en O  = O

vIdet = zIen
vOcat = rOepen

Door Lisette

Semper

Semper = altijd

Semper lijkt op pamper, met pampers blijf je altijd droog

Door Mireille

Prope = bijna

De propper kreeg ons bijna binnen

Door Anoniem

Monstrare

Monstrare = laten zien

Ik zal jullie het monster laten zien

Door Charlie

Offerre

Offerre = aanbieden

Offerre lijkt op offeren. Als je iets offert aan de goden, dan bied je het aan

Door Anneke
Home
Alle items
Uploaden