Ezelsbruggetjes - Ezelsbruggetje Spring naar content

Alle Ezelsbruggetjes

Maak je moeilijke lesstof onvergetelijk met een ezelsbruggetje. Zoek ezelsbruggetjes per vak, of leer anderen leren met jouw ezelsbruggetjes.

Conflictgedrag

Bij overspronggedrag, spring je wat totaal niet bij de situatie past.
Bij amBIvalent gedrag, om de beurt 1 van de 2 (BI is 2)
Bij omgericht gedrag, richt je je ineens op iets anders (agressie is duidelijk te herkennen maar gericht op iets anders)

Door Jasmijn

Groter dan(<) en kleiner dan(>)

< heb je een grote opening en dat is groter dan > heb je een puntje dan is het kleiner dan

Door Ryan

Eilanden van nederland

je kan alle eilanden van Nederland onthouden door het volgende ezelsbruggetje: TVTAS
T: Texel
V: Vlieland
T: Terschelling
A: Ameland
S: Schiermonnikoog

Door het gebruik van dit ezelsbruggetje staan ze direct allemaal in de goede volgorde

Door kees

De delen van de pharynx

De pharynx bestaat uit 3 delen (van boven naar beneden):
-De nasopharynx (bij de neusholte)
-De oropharynx (bij de mondholte dus oraal)
-De hypopharynx (hypo=laag dus dit deel ligt het laagst).

Door Mark

Ta Hopla

Ta hopla = wapens

Wapens moet je eerst opladen, voor je ze kunt gebruiken

Door Nina

Scheidingsmethoden

De scheidingsmethoden die je voor het examen moet weten beginnen, lopen bijna gelijk met het alfabet. Alleen de G en de H worden overgeslagen.
A-adsoberen
B-bezinken
C-centrifugeren
D-destilleren
E-extraheren
F-filtreren
I-indampen

Door Fenna

De functies van een haven

Om deze functies te onthouden, kun je denken aan HOODTI

H andel
O versla
O pslag
D iensten
T ransport
I ndustrie

Door Damiaan

Gebruik van eau

Bij woorden die eindigen op eau, zoals bureau, cadeau of niveau. De volgorde van de eau onthouden met Ezeltje Achter Uit.

Door Belle

ITCZ – hoge en lage luchtdruk

Hoog is droog.
In het hogedrukgebied is het droog en valt er weinig neerslag. In het lagedrukgebied valt er veel neerslag.

Tip: het ezelsbruggetje is om te onthouden. Schrijf op je toets niet: In het hogedrukgebied is het droog. Maar leg het proces uit!!

Door Annelien

Het verschil tussen acheter en vendre

A=A, V=V

A cheter = A ankopen
V endre = V erkopen

Door Rein

Een Frans streepje

Een streepje ( – ) = le trait d’union

Dit lijkt op traditionele ui

Door Elize

Het verschil tussen syntagmatisch en paradigmatisch

Dit verschil kun je onthouden door de zin
De Sint loopt horizontaal

Syntagmatisch –> de lineaire (horizontale) opeenvolging van woorden
Paradigmatisch –> de verticale opeenvolging van woorden

Door Katrijn

Stofeigenschappen

Om de verschillende stofeigenschappen te onthouden, kun je denken aan de zin
Frits Gerard Koster Opent Een KeurSlager

F ase
G eur
K leur
O plosbaarheid
E lektrische geleidbaarheid
K ookpunt
S meltpunt

Door Kim

Nevenschikkende voegwoorden

Om de nevenschikkende voegwoorden te onthouden, kun je denken aan WANDMODE

W ant
A lsmede
N och
D och
M aar
O f
D us
E n

Door Pauline

Elektrisch vermogen P in Watt

PIRI of PUUR

P = I^2 . R <= > P = I . R . I

P = U^2 / R <=> P = U . U . R

Door Digi

Het verschil tussen neus en zolen

Neus = bovenaan de landkaart
Zolen = onderaan de landkaart

Je eigen neus zit ook bovenaan en je zolen onderaan

Door Lysanne

Cultuurverspreiding

De kenmerken van cultuurverspreiding kunnen worden onthouden met de zin
Mijn Tante Maakt Hopjesvla

M igratie
T ante
M edia
H andel

Door Anoniem

Naamvallen aanvallen

Alle uitgangen in de Der-groep:

1: RESE
3: MRMN
4: NESE
Man/Vrouw/Onz./Meerv.

Dus je zegt gewoon: rese, mirmin, nese, en de tweede naamval is SRSR maar die gebruik je niet zo vaak.

Bij de ein-groep haal je alleen 1e MO weg en 4e O (Mannenlijk/Onzijdig krijgen geen uitgang)

Door Binc

Vulkaanuitbarsting

Om te onthouden wat er tijdens een vulkaanuitbarsting allemaal naar boven komt, kun je denken aan LAStiG

L ava
A s
S tenen
G assen

Door Manon

Zoekmiddelen in de bosatlas

De drie zoekmiddelen in de bosatlas kun je onthouden met de zin 
Ben je Nu Zestig?

B ladwijzer
N amenregister
Z aakregister

Door B.C.

Prudent

Prudent = voorzichtig

Met het tandpastamerk ‘Prodent’ poets je voorzichtig je tanden

Door Josine

Vea

Vea = jong, nieuw!

Nivea voor een jonge huid

Door Vera

Pippo

Pippo = vallen

Pippo de clown valt de hele tijd over zijn schoenen

Door rutmer

Kenmerken concurrentiekracht

Om de vijf kenmerken die bij concurrentiekracht horen te onthouden, kun je denken aan POMOT

P roductiefactoren
O ndernemersgeest
M arktorganisatie
O verheid
T oevalsfactoren

Door Erwin

De alkanen

Met Een Paraplu Blijft Pino Heel Hoog Ook Nog Droog

Methaan
Ethaan
Propaan
Butaan
Pentaan
Hexaan
Heptaan
Octaan
Nonaan
Decaan

Door Evy

Het verschil tussen modus en mediaan

Om het verschil tussen modus en mediaan te onthouden, kun je denken aan ‘mode’ wat terugkomt in modus. Mode behelst de kleren die op dat moment het meest worden gedragen.

Modus = Het waarnemingsgetal dat het meest voorkomt
Mediaan = het middelste waarnemingsgetal

Door Onno

De oorzaken van WO II

De oorzaken van WO2 kun je onthouden met BEMIN

B ondgenootschappen

E conomische machtsstrijd

M ilitarisme

I mperialisme

N ationalisme

Door Marieke
Home
Alle items
Uploaden