Alle Ezelsbruggetjes
Maak je moeilijke lesstof onvergetelijk met een ezelsbruggetje. Zoek ezelsbruggetjes per vak, of leer anderen leren met jouw ezelsbruggetjes.
Dativ
Aus bei mit nach, aus bei mit nach
Seit von zu, seit von zu
AuBer gegenüber, auBer gegenüber
Im dativ
-> op de toon van Vader Jakob
GOUDBEF 4e naamval
Gegen – tegen
Ohne – zonder
Um – om
Durch – door
Bis – tot
Entlang – langs
Für – voor
Voorzetsels met vierde naamval
Sommige voorzetsels hebben automatisch de vierde naamval bij zich. Deze voorzetsels zijn te onthouden met het ezelsbruggetje DOFEGUB (doof visje):
D urch
O hne
F ür
E ntlang
G egen
U m
B is
Deze zin werkt ook:
De Feestelijke Ober Uit Griekenland Eet Bananen.
4e naamval voorzetsels
Om de voorzetsels uit de 4e naamval te onthouden kun je zeggen:
Bier Uit Een Flesje Dood Geen Oudjes
Bis
Um
Entlang
Durch
Gegen
Ohne
Das Märchen
das Märchen = het sprookje
Das Märchen lijkt op das Mädchen (het meisje). In (bijna) elk sprookje komt wel een meisje/vrouw voor.
auto
weet je niet welke klinkers een umlaut krijgt?
alle klinkers in AUTO krijgen een umlaut(ä)
Lidwoorden
Mannelijk: Rare Sam Moet Naaien =
deR, deS, deM, deN
Onzijdig: Schone Sam Moet Slapen =
daS, deS, deM, daS
Vrouwelijk: IEmand Raakt Rachel In Eens =
dIE, deR, deR, dIE
Meervoud: IEmand Raakt Nina In Eens =
dIE, deR, deN, dIE
GANS von BAMZE
Gegenüber – tegenover
Aus – uit
Nach – naar/na/volgens
Seit – sinds
VON – van
Bei – bij
Außer – behalve
Mit – met
Zu – naar/ bij
Entgegen – tegemoet
De voorzetsels bij Der
De voorzetsels die met Der samengaan, kun je onthouden door het acroniem DJ WAMS
D ies –> deze
J ed –> iedere, menig
W elch –> welke
A ll –> alle(s), iedereen
M anch –> sommige, menig
S olch –> zulke
Voorzetsels met de dativ
Om te onthouden welke voorzetsels met de dativ gaan, kun je het volgende rijmpje op het deuntje van Vader Jacob zingen
Aus bei mi-it, aus bei mi-it
Von zeit zu, von zeit zu
Immer mit dem dativ, immer mit dem dativ
Gegen über nach, gegen über nach
Voorzetsels van Dativ
Altijd Bij Moeder Naar Sport Vereniging op Zaterdag
Aus
Bei
Mit
Nach
Seit
Von
Zu
Harde en zachte klanken
De harde ‘ch’ gebruik je bij de klinkers van AUtO.
De zachte ‘ch’ gebruik je bij de klinkers van EI.
Een auto is harder dan een ei.
Naamvallen
Resman (klinkers weg) mnl
Der
Des
Den
Den
Dieddie Vrl
Die
Der
Der
Die
Diederdendie (spreek het eenmaal uit en je vergeet dit niet) Meervoud
Die
Der
Den
Die
Onz (gen+dat lijkt op mnl, nom + akk zelfde)
Das
Des
Dem
Das
Uitgangen van Duitse werkwoorden (tegenwoordige tijd)
De uitgangen van Duitse regelmatige werkwoorden in de tegenwoordige tijd vormen samen het woord (fe)esttenten:
(ich) wohn e
(du) wohn st
(er) wohn t
(wir) wohn en
(ihr) wohn t
(sie) wohn en
De werkwoorden met der, die & das
Er zijn 8 bijvoeglijke naamwoorden die net zo vervoegd worden als der, die & das. Deze kun je onthouden met de zin
Deze Week Maakt Sanne Alle Jongens Jaloes
D ieser
W elcher
M ancher
S olcher
A ller
J ener
J eder
De werkwoorden met een umlaut op de a
AFGeFFaLLen WerkWoorden Hebben STresS
A nfangen
F angen
G efallen
F allen
F ahren
L aufen
L assen
W aschen
W achsen
H alten
S chlagen
T ragen
S chlafen
Wanneer ‘die’ als voorzetsel
Woorden die eindigen op ‘skiehut’ hebben het lidwoord ‘die’ voor het zelfstandig naamwoord:
S chaft
K eit
I on
E i
H eit
U ng
T ät
Voorzetsels met de 3e naamval
Op deuntje van vader Jacob
aus bei mit nach
aus bei mit nach
Seit von zu
Seit von zu
Auber genüber
Auber genüber
Ent-ge-gen
Ent-ge-gen
Duitse Getallen
Om de Duitse getallen te onthouden, kun je denken aan dit rijmpje
Ein, Zwei, Polizei
Drei, Vier, Offisier
Fünf, Zechs, Alte Heks
Sieben, Acht, Guten Nacht
Neun, Zehn, Auf Wiedersehen!
de Dativ voorzetsels
ZAAGMENS BV
Z = zu
A = aus
A = außer
G = gegenüber
M = mit
E = entgegen
N = nach
S = seit
B = bei
V = von