
Alle Ezelsbruggetjes
Maak je moeilijke lesstof onvergetelijk met een ezelsbruggetje. Zoek ezelsbruggetjes per vak, of leer anderen leren met jouw ezelsbruggetjes.
Marry and bury
Om te onthouden met hoeveel r’en de woorden ‘marry’ en ‘bury’ gespeld worden, kun je denken aan
Trouwens (marry) doe je met zijn tweeën, begraven worden doe je alleen.
Aantal dagen in de maand
De knokkels van je hand helpen! De hoge knokkels staan voor 31 dagen, de lage voor 30 dagen (en in februari 28 of 29). Begin links op je hand bij de hoge knokkel (Januari), en ga zo maar door.
Hele en halve rust
Hele rust –> hangt onder de notenbalk
Halve rust –> ligt op de notenbalk
De hele rust duurt langer dan een halve rust. Omdat de hele rust langer duurt, is deze zwaarder, en daarom hangt deze onder de notenbalk. De halve rust duurt minder lang en is daarom minder zwaar en ligt daarom nog op de notenbalk.
De lagen van de biologie
Om alle lagen van levende systemen waar de biologie zich mee bezighoudt, van hoog naar laag, te onthouden, kun je denken aan
Becpoot.com
B iosphere
E cosphere
C ommunity
P opulation
O rganism
O rgan
T issue
C ell
O rganelle
M olecule
Nevenschikkende voegwoorden
Om de nevenschikkende voegwoorden te onthouden, kun je denken aan WANDMODE
W ant
A lsmede
N och
D och
M aar
O f
D us
E n
De Latijnse uitgangen
Om de Latijnse uitgangen te onthouden, kun je denken aan
OSTMUSTISNT
-o
-s
-t
-mus
-tis
-nt
Onmiddellijk
Het woord ‘onmiddellijk’ juist schrijven kan je doen door te denken aan “Ik ga onmiDDeLLijk slapen”. Dit doe je met twee dekens en twee lakens.
Tekstverbanden
ChOpTeTo & VoReOoCo
Ch = chronologisch verband
Op = opsommend verband
Te = tegenstellend verband
To = toelichtend verband
Vo = voorwaardelijk verband
Re = redengevend verband
Oo = oorzakelijk verband
Co = concluderend verband
Kruisbanden
Om de kruisbanden te onthouden, kun je denken aan LAMP
Voorste kruisband
L ateraal naar
A nterior
Achterste kruisband
M ediaal naar
P osterior
De wet van Ohm
Deze kun je onthouden aan Oom RUDI
Ohm –> R = U/I
R = weerstand
U = spanning
I = stroomsterkte
Vraag- en aanbodlijn
De vraaglijn loopt altijd naar beneden, net als het eerste streepje van de V. Het wordt dus zo’n lijn: .
De aanbodlijn loopt juist naar boven, net als het eerste streepje van de A. De lijn ziet er dus zo uit: /.
Magnetische metalen
Alle metalen die magnetisch zijn, kun je onthouden met FeNiCo
Fe ijzer
Ni kkel
Co balt
Berg- of dalparabool
Als je blij bent (dus positief) heb je een lachende mond (zelfde vorm als dalparabool). Als je verdrietig bent (dus negatief), heb je een droevige mond (zelfde vorm als bergparabool).
De Geallieerden
Om de Geallieerden in WO I te onthouden, kun je denken aan FRASGRIEP
F rankrijk
R usland
A lbanië
S ervië
G riekenland
R oemenië
I talië
E ngeland
P ortugal
Dativ voorzetsels
Zaagmens BV
Z= zu
a= aus
a= außer
g= gegenüber
m= mit
e= entgegen
n= nach
s= seit
B= bei
V= von
De economische doelstellingen
De economische doelstellingen kun je onthouden met BERG AS
B etalingsbalans
E conomische groei
R echtvaardige inkomensverdeling
G ezond leefmilieu
A rbeidsmarkt
S tabiel prijsniveau
De bijnierschors
Om de lagen van de bijnierschors, van buiten naar binnen, te onthouden, kun je denken aan GFR
G lomerulose zona
F asciculata zona
R eticularis zona
Verschil tussen kruis en mol
Een kruis staat bovenop een kerk dus die verhoogt de noot waarvoor hij staat.
Een mol zit onder de grond dus die verlaagt de noot waarvoor hij staat.
Verschil Boedapest en Boekarest
Boedapest = Hongarije
De letter P komt onder de schrijfregel en de G ook.
Boekarest = Roemenië
Alles blijft op 1 regel en niet eronder.
Waddeneilanden
De Waddeneilanden kun je onthouden door
TV TAS
T erschelling
V lieland
T exel
A meland
S chiermonnikoog
claris
Claris = beroemd, helder
De hemel wordt klaar, dus helder. Beroemde mensen klagen graag
