
Alle Ezelsbruggetjes
Maak je moeilijke lesstof onvergetelijk met een ezelsbruggetje. Zoek ezelsbruggetjes per vak, of leer anderen leren met jouw ezelsbruggetjes.
Letter-bordjes Paardrijden
De juiste volgorde is ABMCHEK, te onthouden aan:
Alle Boeren Met Centen Hebben Een Koe
De vier fasen van een experiment
Deze kun je onthouden met de zin
Bekende Vlamingen willen Centrale Verwarming
B eschrijven
V erklaren
C ontroleren
V oorspellen
Löss-landschap
LÖSS-landschap is een landschap dat ontstaan is in de IJstijd, doordat zeer fijne LOSSE deeltjes stof mee waaiden met de wind, naar Zuid-Nederland. Het is een zeer kalkrijk en vruchtbaar landschap.
De Geallieerden
Om de Geallieerden in WO I te onthouden, kun je denken aan FRASGRIEP
F rankrijk
R usland
A lbanië
S ervië
G riekenland
R oemenië
I talië
E ngeland
P ortugal
Differentiëren
Bij het differentiëren gebruik je de productregel, die kun je onthouden door te denken aan DOOD
D ifferentiëren *
O verschrijven +
O verschrijven * Differentiëren
Rekenvolgorde HMWVDOA
HMWVDOA = Hare Majesteit Wenst Vandaag De Open Auto
1. Haakjes
2. Machtsverheffen
3. Worteltrekken
4. Vermenigvuldigen
5. Delen
6. Optellen
7. Aftrekken
Hoofdconcepten maw
Vorming, binding, verhouding, verandering.
de Vorming van Bindingen Veranderen naar Verhouding snel.
Muzieknoten
Op deze manier kun je onthouden dat de noten maar tot G gaan!
A t/m G en de rest doet niet mee!
Anatomie van de handwortelbeentjes
Some Lovers Try Pies That They Can’t Handle
S caphoideum
L unatum
T riquetrum
P isiforme
T rapezium
T rapezoideum
H amatum
C apitatum
Nihil
de betekenis is niks
ik denk aan
A begint met een N van niks
B ik denk aan ni veel.
Embryologie van de gehoorbeentjes
ACH MIS HAS
A rticulare = M alleus = H amer
Q(c)uadratum = I ncus = A ambeeld
H yomandibulare = S tapes = S tijgbeugel
jou of jouw?
Als je niet weet of je ‘jou’ of ‘jouw’ moet gebruiken in een zin, maak er dan in je hoofd ‘u’ of ‘uw’ van. Dan weet je of er wel of of niet een ‘w’ achter ‘jou’ moet.
Wanneer mag je rechts inhalen?
FRUIT
F = File
R = Rotonde
U = Uitvoegen
I = Invoegen
T = Tram
Chemische voorvoegsels
Om de chemische voorvoegsels te onthouden, kun je gebruik maken van
DTT is een PECHHOND
D i (2)
T ri (3)
T etra (4)
P enta (5)
H exa (6)
H epta (7)
O cta (8)
N ona (9)
D eca (10)
De wet van Ohm
Deze kun je onthouden aan Oom RUDI
Ohm –> R = U/I
R = weerstand
U = spanning
I = stroomsterkte
cogitare
cogitare = nadenken
als je een kogel door je hoofd krijgt kan je niet meer nadenken.
Een grote beer die fietst op de lijnen
Een Grote Beer Die Fietst
E-en
G-rote
B-eer
D-ie
F-ietst
Let op! het is op de lijnen en het is vanaf onder
Werkwoorden met avoir
Om te onthouden welke werkwoorden met avoir vervoegd worden, kun je denken aan de zin
Een Charmante Cassière Rekende Frustrerend
Être
Changer
Commencer
Réussir
Finir
Thursday
Thursday = donderdag
Om dit te onthouden, kun je denken aan Thor’s day –> de Dondergod –> Donderdag
